X

4 Gewoontes die geld kosten, hoe pak je ze aan?

5 min leestijd

We hebben ze allemaal wel: gewoontes waarvan we weten dat ze niet heel goed, gezond of handig zijn. Sommige gewoontes kosten onnodig geld en zorgen ervoor dat we financieel in problemen komen, of voorkomen dat we afscheid kunnen nemen van onze geldzorgen. Wanneer we die gewoonten bij onszelf herkennen, zijn ze relatief eenvoudig te veranderen. 

1. Niet sparen

Deze gewoonte kost misschien wel het meeste geld.
Sparen maakt het verschil tussen ‘rijk leven‘ en ‘rijk zijn‘. Je kunt een dik salaris hebben en wanneer alles op gaat, dan leef je rijk. Maar je bent het niet; je houdt immers aan het eind van de maand geen euro over. ‘Rijk zijn‘ betekent dat je structureel minder uitgeeft dan er binnenkomt. Beneden je stand leven vind ik wat negatief klinken, maar daar komt het wel op neer.

“Do not save what is left after spending; instead spend what is left after saving”

-Warren Buffett

Spaar. Structureel en bij voorkeur direct wanneer je salaris is gestort. Sparen vergroot je vermogen om tegenslagen op te vangen. Zorg eerst dat je een buffer hebt, dat als noodfonds kan dienen. Daarna valt er nog genoeg te kiezen. Van gewoon verder sparen tot het aflossen van je hypotheek of starten met beleggen. Al deze keuzes worden pas het overwegen waard zodra er een structureel spaarpotje is waar je op terug kunt vallen.

2. Alles pinnen

Onderzoeken wijzen iedere keer uit dat mensen makkelijker en meer geld uitgeven wanneer zij betalen met een plastic kaartje (Pin of creditcard). Het uitgeven van contant geld gaat moeilijker dan pinnen. Met cash in de portemonnee weet je precies hoeveel je nog kunt uitgeven en wanneer je afrekent ervaar je rechtstreeks het gevolg van je aankoop: minder geld in de knip. Onderzoekers hebben dat wel betaalpijn genoemd.

De oplossing is simpel. Wil je je uitgaven voor een bepaalde categorie kosten in de hand houden, neem dit geld dan op en betaal contant. Pin je boodschappenbudget aan begin van maand. Hou een kasboekje bij, gooi de kassabonnetjes niet weg en je zult merken dat je ‘vanzelf’ kritischer naar je boodschappen kijkt. Misschien schrik je aan eind van maand hoeveel je hebt gekocht en wat je boodschappen inmiddels kosten.

3. Financiële beslissingen uitstellen

Het kan hier om verschillende gewoontes gaan. Misschien heb je last van uitstelgedrag bij het betalen van je rekeningen, of merk je dat je je post liever ongeopend weglegt. Maar het kan ook lastig zijn om je financiën de nodige aandacht te geven. Het is echt niet nodig om iedere dag met geld en rekeningen bezig te zijn.

Het kan helpen wanneer je met jezelf afspreekt om op vaste momenten in de week, of maand je financiële administratie bij te werken. Het is handig om dit aan het begin van je financiële maand te doen. Hier thuis is dat de derde week van de maand, wanneer het salaris is gestort. Binnen 4 werkdagen zijn alle vaste afschrijvingen gedaan, inclusief de bedragen die we maandelijks sparen en beleggen. In het verleden betaalde ik in die eerste week ook de rekeningen. Inmiddels worden alle rekeningen automatisch afgeschreven en controleer ik alleen nog de bij- en afschrijvingen.

4. Andere geldverslindende gewoontes

Ik heb het hier niet eens over echt ongezonde gewoontes, zoals roken/gokken. Dat dit geldverslindende gewoontes zijn, is wel duidelijk. Maar sommige gezonde gewoontes, kunnen geldverslindend worden. Voorbeeldje? Het abonnement op de sportschool. Sporten is heel goed, zolang je gebruikmaakt van je abonnement. Veel sportscholen hebben een slim verdienmodel. Zij sluiten relatief goedkope abonnementen met klanten, in de wetenschap dat een groot deel er na verloop van tijd geen gebruik meer van maakt.

Bekijk regelmatig waarop je bent geabonneerd. Je kunt dit gemakkelijk als jaarlijkse reminder in je agenda zetten (let wel ff op een eventuele opzegtermijn).

Een andere geldverslindende gewoonte is kopen wat je eigenlijk niet nodig hebt. We noemen dit ook wel impulsaankopen. Er zijn simpele manieren om de hoeveelheid impulsen terug te dringen. Ik noem er twee:

  1. De ‘Nee/Nee-sticker’; wat een geweldige uitvinding! Voorheen ging ik er één keer per week even voor zitten: stapeltje folders erbij en op zoek naar voordeeltjes en aanbiedingen. Na deze wekelijke kijk-sessie had ik geregeld een lijstje in mijn hoofd met dingen die ik nog een keer zou moeten kopen. Sinds we de Nee/Nee-sticker op de brievenbus hebben geplakt,  valt me op dat we veel minder ‘nodig’ hebben. Dat is natuurlijk een heel voor de hand liggende conclusie, want we weten allemaal dat reclame ons beïnvloed. Maar het is wel leuk confronterend om te merken dat het ook echt zo werkt. De wens om minder nodig te hebben, kan al starten met een sticker op de brievenbus. Hoe eenvoudig wil je het hebben!
  2. Koop eens een maand helemaal niets. Zie het als een soort ontwenningskuurtje. Het werkt niet wanneer je dit heel vaak doet, want dan wordt het vervelend om te besparen en verstandig met je geld om te gaan. Maar als ‘financieel dieet’ kan het af en toe geen kwaad.

Let op je keuzekosten

Het gaat hier om het geld dat je uitgeeft naast je vaste lasten. Dus de bedragen die je besteedt aan kleding, uit eten, reizen, abonnementen, hobby’s, goede doelen en cadeaus. Alles bij elkaar gaat dat om veel geld. Wanneer je andere keuzes maakt in de hoeveelheid geld die je hieraan uitgeeft, zorg je voor meer financiële vrijheid. Het is een misverstand om te denken dat kleine besparingen weinig verschil maken. Natuurlijk, van een grote hypotheek verhuizen naar een kleine hypotheek leidt tot een grote besparing in je uitgaven. Maar het is ook ingrijpend. Kritisch naar je kleinere uitgaven kijken, kan je bijna ongemerkt een aardige besparing opleveren.

Blijf ook geld uitgeven aan dingen waar je blij van wordt en die je belangrijk vindt. Dan wordt besparen geen doel op zich en blijft het gezellig vol te houden.

Meer lezen?

de Budgetman: