Ieder jaar wordt er wel wat aan ons fiscale stelsel gesleuteld. Meestal zijn dat niet heel grote ingrepen. En dat is ook komend jaar het geval. Het is weer wat schaven en schuiven. Hieronder een overzicht van de nieuwe belastingplannen voor komend jaar.
Belastingplannen voor iedereen
Dat ons belastingstelsel uit drie boxen bestaat, zal inmiddels wel bekend zijn.
Iedereen heeft met box 1 te maken. Dat is het belastbaar inkomen uit werk en (eigen) woning. En daarin verandert volgend jaar het een en ander. Zo wordt de inkomstenbelasting over de eerste €73.071 verlaagd met 0,14% naar 36,93%.
Dit levert werkenden dan netto maximaal €102,- per jaar op. Bij een inkomen van €50.000 levert dit netto nog €70,- op.
Verder kunnen de kosten van veel aftrekposten nog maar voor maximaal 36,93% worden afgetrokken. Dat geldt niet alleen voor de hypotheekrenteaftrek, maar ook voor de zelfstandigenaftrek, alimentatie, aftrekbare giften en de zorgkosten.
Box 2 verandert volgend jaar niet.
In Box 3 stijgt het heffingsvrij vermogen naar €57.000 per fiscale partner. Verder geldtvan 2023 tot 2025 een overgangsregeling totdat er in ’26 nieuwe wetgeving van kracht wordt. Het belasten van vermogen wordt komende jaren wat ingewikkelder.
De belastingplannen voor Box 3
Eerst moet het fictieve rendement over het vermogen (min schulden) worden berekend. Dit heet ook wel het forfaitaire rendement.
Dat gaat als volgt:
| 2021 | 2022 | |
| Spaargeld | 0,01% | nnb* |
| Beleggingen | 5,69% | 5,53% |
| Schulden | 2,46% | nnb* |
Het fictieve rendement bereken je door je spaarsaldo vermenigvuldigen met het percentage wat voor spaargeld is vastgesteld. Voor je aangifte over 2022 moet dat percentage nog worden vastgesteld.
Dat moet ook met de beleggingen worden gedaan.
Ook de schulden kennen een fictief rendement. Dit breng je in mindering op de positieve rendementen van sparen en beleggen.
Een voorbeeld:
Spaarsaldo: €50.000 x 0,01% = €5
Beleggingen: €60.000 x 5,69% = €3414
Schulden: €10.000 x 2,46% = €246Forfaitair (fictief) rendement: €5 + €3414 – €246 = €3173
Berekenen van het forfaitair rendement
De volgende stap is het berekenen van het rendementspercentage. Dit is het percentage waarmee de fiscus het vermogen uiteindelijk gaat belasten. Dit gaat vrij eenvoudig.
Ik reken verder met de cijfers en bedragen uit het eerdere voorbeeld:
Forfaitiar rendement = €3173
Het berekenen van het rendementspercentage: €3173 / €100.000 (vermogen-schulden) x 100% = 3,17%
Berekenen van het rendementspercentage en de belasting in box 3
Met dit percentage wordt het vermogen belast: 31% x 3,17% x (€100.000 – €50.650) = €484,96
Met deze nieuwe vorm van vermogensrendementsheffing gaan beleggers (veel) meer belasting betalen dan spaarders. Deze rekenmethode gebruikt de fiscus dus in ieder geval in 2023, 2024 en 2025.
Het (eigen) huis
Het eigenwoningforfait voor woningen tussen de €75.000 en €1.200.000 daalt van 0,45% naar 0,35%. Daarmee wordt de bijtelling van het eigen huis iets lager.
Als voorbeeld neem ik de gemiddelde prijs van een koopwoning in 2022. Dat is €428.000
Het eigenwoningforfait bedraagt dit jaar €1926 en daalt naar €1498.
En verder gaat de afbouw van wet Hillen (aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld) gewoon verder. Er is nog recht op 25/30 van de aftrek.
De overdrachtsbelasting voor woningen die je niet zelf bewoont gaat omhoog van 8% naar 10,4%. Dit is blijkbaar een van de belastingplannen om huisjesmelkers te ontmoedigen. Koop je een andere woning voor eigen gebruik? Dan blijft de overdrachtsbelasting 2%. Ben je jonger dan 36 jaar? In dat geval heb je recht op de startersvrijstelling.
Huurders kunnen rekenen op een verhoging van de huurtoeslag met €17 per maand.
Werk
De laatste belastingplannen hebben gevolgen voor werkenden.
Zo wordt de werkkostenregeling uitgebreid. Dit is een percentage van de loonsom wat de werkgever mag gebruiken om dingen belastingvrij te vergoeden. Het percentage stijgt van 1,7% naar 1,92%.
Ook de arbeidskorting gaat omhoog. Iedereen die werkt gaat er daardoor op vooruit, tot maximaal €500 netto per jaar. En verder stijgt het minimumloon met 10%. Daarmee stijgen ook de uitkeringen die daaraan zijn gekoppeld, zoals de AOW.
Er zijn ook nog een paar belastingplannen die nog niet helemaal zijn vastgesteld. Zo is er een motie aangenomen waarin werkgevers eenmalig een belastingvrije bonus mogen uitkeren. Dit voorstel is bedoeld als compensatie voor de hoge energieprijzen. Ik heb nog niet gelezen of dit plan al definitief wordt uitgevoerd.
Er zijn natuurlijk nog (veel) meer belastingplannen voor volgend jaar. Ik heb me in dit overzicht beperkt tot de fiscale veranderingen waar de meeste huishoudens mee te maken krijgen. Ben je op zoek naar een volledig overzicht?
Kijk dan even op deze site van de Rijksoverheid.
Wil je meer lezen?
Goed verhaal