De zomervakantie is bijna voorbij en dus gaan de kids volgende week weer naar school.
Wanneer je geen idee hebt waar dit blogje over gaat: we zijn een paar weken geleden met het hele gezin naar Zuid Amerika verhuisd. Tijd voor een nieuw avontuur en daar hoort dan ook een nieuwe school bij (meer info vind je in dit en dit artikel).
We hebben onze verhuizing een klein beetje rond de Boliviaanse zomervakantie gepland. Dat duurt hier twee maanden en de vakantie valt samen met de warmste periode van het jaar. Het geeft ons de gelegenheid om het schooljaar voor te bereiden.
En het is echt heel leerzaam om kennis te maken met soms een totaal andere kijk op onderwijs, in vergelijking met het Nederlandse systeem.
De zoektocht naar goede scholen
Ook hier in Bolivia is er sprake van het recht op onderwijs. De kinderen kunnen dus gebruikmaken van de openbare scholen die door de overheid worden betaald. Maar we hebben begrepen dat daar niet altijd sprake is van onderwijs op (met Nederland) vergelijkbaar niveau. Het is hier vrij gebruikelijk om je kind naar een particuliere school te sturen. Deze bieden vaak wat voordelen, zoals gedeeltelijk Engelstalig onderwijs met een airco in het klaslokaal. En met een gemiddelde temperatuur van 35+ graden helpt dat om op te blijven letten in de klas…
Er is een ruime keuze uit particuliere scholen. Je hebt ze hier al vanaf ongeveer €25,- per maand. Maar om toch een beetje in de buurt van het Nederlandse schoolsysteem te blijven, hebben wij gekozen voor een school die het Britse onderwijssysteem volgt. Wanneer de kids hier eindexamen doen, dan levert dat straks een Brits diploma op. Het biedt voor toekomstige vervolgopleidingen wat meer mogelijkheden dan het lokale Boliviaanse schooldiploma.
Dat betekent niet dat we niet enthousiast/verrast zijn over de Boliviaanse kijk op onderwijs. Het is naar mijn (leken) mening hier en daar wat moderner dan wat we in Nederland gewend zijn. Maar daar straks wat meer over.
De oudste en de jongste gaan volgende week weer naar school en starten dan op deze internationale school, waar Engels de voertaal is. Aangevuld met een aantal verplichte Spaanstalige vakken.
De middelste werkt graag zelfstandig. Zij is in januari weer naar school gegaan. En zij is ingeschreven op een Canadese highschool. Deze school biedt het zgn. ‘home schooling’ pakket aan. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat de ouders en leerling samen tijd aan school besteden. De gemiddelde Nederlandse onderwijsinspecteur/directeur/docent krijgt daar kippenvel van, maar onderzoek laat zien dat er gemiddeld genomen sprake is van een wat hoger niveau bij de leerlingen die thuisonderwijs krijgen. Natuurlijk bestaat het risico dat een thuis studerende leerling sociale contacten, groepsopdrachten en andere ballast mist, maar dat is op te lossen.
De Canadese school biedt namelijk ook een pakket live lessen aan. Daarbij zitten leerlingen in een klas op basis van de tijdzone waarin ze wonen. Zo volgt puber nr. 2 nu Spaanse les, samen met klasgenoten die in Amerika en Australië wonen. In die landen is thuisonderwijs namelijk de gewoonste zaak van de wereld.
De andere kijk op onderwijs
Door ons buitenlandavontuurtje naar Suriname hebben we al wat ervaring met (de beperkingen van) het Nederlandse onderwijsstelsel. Persoonlijke mening: het draait in Nederland vaker om het systeem dan om het kind. Dat kan ook eigenlijk niet anders, want bijna ieder kind heeft tegenwoordig een rugzakje. En daar bedoel ik niet de tas met boterhammetjes mee.
Kids in Nederland worden geacht om een beetje tussen de lijntjes van de CITO grafiekjes in te blijven. Voor iets slimmere kindertjes is er een plusklasje en wanneer je wat extra aandacht nodig hebt, dan is er de leesmoeder. En de nadruk ligt op kennis opdoen en vaardigheden ontwikkelen. Dat moet ook de kern van goed onderwijs zijn, maar op de een of andere manier ervaren jongeren in Nederland nogal wat druk. Ik heb me als ouder van twee pubers bij schoolopdrachten geregeld afgevraagd ‘en wat leer je hier nu precies van?’
Hier in Bolivia kijken ze iets anders naar onderwijs en presteren.
Dat werd al duidelijk bij het kennismakingsgesprek op school. We hadden echt moeite om uit te leggen dat het in Nederland dus heel gebruikelijk is dat wanneer je wat slimmer bent, je ook wat langer naar school moet..
Vinden ze echt heel gek hier. Want als je wat snuggerder bent, dan begrijp je dingen toch eerder en zou je toch sneller naar het volgende niveau kunnen doorstromen. Zo kun je het ook bekijken.
Nog een opvallend verschil. In Nederland haal je een voldoende wanneer je meer dan de helft van de vragen goed hebt beantwoord. En je krijgt een tien wanneer je geen enkele fout hebt gemaakt. Het gaat dus om de vraag, hoe goed beheers je de stof.
Hier bestaat een cijfer uit de optelsom van drie onderdelen: een derde van het cijfer wordt bepaald door de goede antwoorden (kennis). Ook de docent geeft een cijfer over de houding van de leerling: is hij of zij gemotiveerd, wordt het huiswerk gemaakt, deelname aan gesprekken in de klas en dergelijke (houding en gedrag). Dit cijfer telt ook voor een derde mee.
En tot slot moeten leerlingen zichzelf een cijfer geven. Daar moest ik aanvankelijk even om lachen, want daarmee wordt een onvoldoende wel heel gemakkelijk vermeden. Maar de uitleg gaf me weer de bevestiging dat ze hier echt anders naar onderwijs kijken. Door het cijfer wat de leerling zichzelf geeft, leert de school veel over hoe de leerling naar zichzelf kijkt (zelfreflectie/eigenwaarde). De docent weet of een leerling zich inzet, of juist de kantjes ervan af loopt. Het cijfer geeft inzicht in hoe de leerling zijn eigen inzet beoordeelt.
Het is waar dat je zo bijna niet kunt zakken/blijven zitten, maar het gaat op school toch om leren en jezelf ontwikkelen?
Andere vakken
De bevolking van Bolivia bestaat uit veel verschillende culturen. Social studies is dan ook een verplicht vak. Het draait erom dat leerlingen kennismaken met de verschillende bevolkingsgroepen en hun gewoonten. Daarbij wordt de nadruk gelegd op samenwerken en rekening houden met elkaar, met aandacht voor groepen die een achterstand hebben. Zo is Spaanse gebarentaal een verplicht vak. Niet dat hier bijzonder veel dove mensen wonen, maar het gaat om de ontwikkeling van het besef dat deze groep onderdeel van de samenleving is. Bijzonder detail: het vak wordt gegeven door een dove docent die volledig van gebarentaal afhankelijk is.
Huiswerk…
Dat krijgen ze van maandag tot en met donderdag. In het weekend wordt er geen huiswerk meegegeven. De gedachte daarachter is dat jongeren zo voldoende tijd hebben om met hun familie en vrienden door te brengen. En dat is hier ook de gewoonte. De zondagen zijn gevuld met familie- en vriendengroepen die uitgebreid de tijd nemen om bij te praten en te eten en een beetje te genieten van hun leven.
Maandag gaat het allemaal beginnen. Dan gaan de oudste en jongste weer naar school.
Het is altijd een beetje spannend om helemaal nieuw op een school te starten, maar we hebben er een goed gevoel over. Het wordt in ieder geval een heel leerzaam schooljaar.
Wil je meer lezen?